Ik zag de prachtigste, ontroerendste en meest verontrustende documentaire sinds tijden; Alphabet van Erwin Wagendorfer.
Prachtig en ontroerend omdat het toont dat wij liefdevol, geniaal, vol potentie en levenskracht geboren worden en verontrustend omdat wij onze kinderen vanaf dag één in een mal drukken en ze zo snel mogelijk naar crèches en scholen sturen die ervoor zorgen dat ze klaargestoomd worden voor een maatschappij die gericht is op een optimale economie en niet op maximaal levensgeluk.
Ik zie het weer scherp zo na de ‘grote vakantie’, de enige tijd waarin kinderen niet de druk hoeven te voelen van toetsen die eraan komen want zelfs in de korte vakanties gaat dat gewoon door. De kinderen zijn de eerste paar dagen op school nog redelijk enthousiast, omdat ze best willen leren, het is leuk om hun vrienden terug te zien maar al na een week ofzo slaat de sleur, de routine, de herhaling, de verplichting en het gevoel gevangen te zitten, toe. Ik geloof dat kinderen leergierig zijn, ik geloof dat mensen leergierig zijn maar dat wij in een systeem zitten waarin wij gedwongen worden onze speelsheid, onze passies, onze gedrevenheid te beteugelen.
Waarom is er een speelkwartier op de basisschool? Om te kunnen spelen, samen te zijn, te ontdekken, plezier te maken en te groeien? Of om kinderen een paar minuten te laten rennen zodat ze daarna weer uren stil kunnen zitten?
Waarom toetsen wij kinderen? Omdat het fijn voor ze is om te ervaren wat ze allemaal al weten en kunnen? Of om hen te vergelijken met elkaar; jij voldoet wel en jij niet?
Waarom krijgen ze creatieve vakken? Om te experimenteren, oplossingen te zoeken, schoonheid te ervaren? Of is het niet meer dan een invuloefening, een voorbeeld zo goed mogelijk nadoen en daar dan een cijfer voor krijgen?
Waarom zijn er op de middelbare school zoveel verplichte vakken en is er zo weinig keuzevrijheid in de vakkenpakketten? Omdat wij bang zijn dat kinderen anders niks willen leren? Of omdat er een economie is die om prefab-werknemers vraagt?
Waar krijgen liefde, passie, empathie, de ruimte? Na schooltijd, ná het huiswerk? Pas na de universiteit? En komt het dan goed?
Ons schoolsysteem, schift kinderen in goede en slechte leerlingen, in gewaardeerde en minder gewaardeerde mensen omdat ze hoger of lager onderwijs krijgen. Als je het kunstje van ons onderwijssysteem goed kunt uitvoeren hoor je erbij, als je je kunt handhaven in de race naar de beste posities in het bedrijfsleven en als je een plek weet te veroveren in een positie met macht. Ben je dan meer waard?
Het knaagt aan mijn ouderschap. Ik heb kinderen die ik door dit rigide, onvrije schoolsysteem sleep. De oudste is net begonnen met een studie waarbij hij zijn eigen vakken mag kiezen en dat vervult me met onmetelijk plezier. Dat is wat ik gewild had, en wat ik de jongeren die nog op de middelbare zitten, ook gun. Het kost me steeds meer moeite om tegen een kind te zeggen: dat vak dat jij zo stom vindt, daar moet je toch je best voor doen, dat is goed voor later…en dat vak dat je helaas niet kunt nemen omdat het niet bij je pakket past, dat is pech gehad, dat past gewoon niet in het rooster.
Ik wil dat mijn kinderen het goed doen op school omdat ik bang ben voor hun toekomst in deze maatschappij, een maatschappij waarin ook ik klein ben, die ik niet veranderen kan. Terwijl ik liefde en vertrouwen wil kunnen hebben dat mijn kinderen, alle kinderen, gewoon goede mensen zijn die zélf goede keuzes kunnen maken en dat ze een goed leven zullen hebben.
Dit schoolsysteem, onze maatschappij maakt van ouders bange mensen, omdat aan het eind van de rit niet elk kind even veel waard zal blijken te zijn.
Het knaagt ook aan mijn kunstenaarschap. Ik wil kunnen spelen, onderzoeken, nadenken, kritisch zijn, verbinden, leren, creëren, vragen stellen, antwoorden vinden en weer nieuwe vragen bedenken. Ik wil iets moois maken, omdat het maken zo fijn is, en omdat ik er daarna met plezier naar kan kijken. Ik wil iets met betekenis maken omdat ik graag wat wil vertellen, iets dat ik belangrijk vind. Ik wil iets tonen omdat ik het gesprek wil aangaan, me graag verbonden wil voelen met een ander mens.
Maar ook de praktijk van kunstenaar zijn is er een van concurrentie, van goed of liever nog de beste moeten zijn en zo niet, dus slecht. En dus ben ik een angstige kunstenaar en daarmee vergeet ik te spelen, te genieten en gewoon goed te zijn zoals ik ben.

What good cause? Danielle Spoelman 2017
Ik zag in de documentaire een kunstenaar met een schildershonk, waar mensen kunnen komen schilderen maar waar geen prestaties geleverd hoeven te worden, waar het niet gaat om het resultaat maar om het spelen, het genieten van verf en kleur, fantaseren en het ontstaan van een beeld. Hij zet oud en jong naast elkaar zodat er geen concurrentie hoeft te zijn. Geen cijfer, geen toets, geen; jij bent goed en jij een beetje slechter.
Ik zou in zo’n wereld willen wonen, waar kinderen en volwassen kunnen spelen en spel leidt tot gedrevenheid, tot ontwikkeling…tot een manier om in je onderhoud te kunnen voorzien die bij jou past en die de wereld wat mooier maakt. Making a life in plaats van making a living.
Het zou allemaal liefde moeten zijn, liefde voor het leven en liefde voor de ander.
Ik zag de film Alphabet van Erwin Wagendorfer op youtube in een Duitse versie maar hij is ook te koop op DVD: https://www.alphabet-film.nl